Het leven betaalt de prijs die je vraagt


Mijn vrouw en ik waren door een goede relatie uitgenodigd om als VIP gast een éénmalig concert van Liza Minelli in de Heineken Music Hal in Amsterdam bij te wonen. Een medewerkster van het bedrijf stond, zoals aangegeven, bij de entree met de kaarten. Omdat we ruim op tijd waren bleven we haar even gezelschap houden en terwijl mijn vrouw nog stond te praten hoorde ik achter mij iemand vragen om een kaartje. Het bleek een dakloze te zijn die mensen aansprak omdat hij blijkbaar graag naar binnen wilde. Aangezien ik net had meegekregen dat een gezelschap van drie genodigden met twee personen was gekomen was er dus een kaart over. Ik besloot om de man aan te spreken en ik vroeg of hij wist wie er binnen op zou treden. ‘Natuurlijk, Liza Minelli’, zei hij, ‘uit de tijd van Frank Sinatra.’ Hij vertelde dat hij zelf 62 was (Minelli is op dat moment 63).
Ik besloot om de medewerkster van het bedrijf te vragen of ik de kaart die over was mocht weggeven.

Terwijl ze aan het kijken was welke plaatsen er leeg bleven ging ik met de man in gesprek.’Mag ik je vragen hoe je dakloos bent geworden?’, vroeg ik. ‘Meneer’, sprak hij,’ik ben 22 jaar getrouwd geweest en heb twee kinderen. Op een avond kwam ik thuis en lag mijn vrouw met een ander in bed. Toen knapte er iets bij mij en ben ik helemaal het spoor kwijt geraakt. Opname in een psychiatrische inrichting en uiteindelijk op straat beland.’ ‘Heb je wel een uitkering’, vroeg ik verder, oprecht gefascineerd door zijn levensverhaal. ‘Nee, daar zijn ze nog mee bezig’. ‘Maar waar slaap je dan, wat eet je?’ vroeg ik. ‘Soms in het slaaphuis, antwoordde hij. Als ik geld heb tenminste, want het kost vijftien euro per nacht.’

Het was nog niet zo gemakkelijk om een plaatsje voor deze man te vinden zonder dat hij midden tussen de VIP gasten zat. Wat had ik me weer aangehaald... Terwijl ik met de kaart naar de kassa wilde lopen, om deze eventueel te ruilen voor een andere plaats in de zaal, vroeg de man of hij wat geld mocht lenen om bij de Toko een bak nasi te halen. Ik pakte mijn portemonnee en had de keuze uit een biljet van 5 of 20 euro. ‘Kun je voor 5 euro nasi halen’, vroeg ik? ‘Als je me die 20 geeft kan ik vannacht ook slapen’, antwoordde hij direct. Het werd dus 20 en we spraken af dat hij zijn fiets zou stallen en om tien over acht bij de ingang zou zijn. Ruim 20 minuten om zijn nasi op te eten.

Bij de kassa kon het kaartje niet worden geruild. ‘Helaas’ is dan zo’n hol woord van achter het loket. Toen ik opzij keek zag ik een man alleen informeren naar de prijs van een ticket en er waren nog maar een aantal plaatsten achter in de zaal beschikbaar. Voor hij zijn portemonnee kon pakken had ik hem al een voorstel gedaan; hij koopt een ticket voor achter in de zaal en ik ruil die met hem voor een ticket op rij 5. Deal! Alles opgelost en nu alleen nog wachten op mijn dakloze vriend.

De tijd tikte verder en toe het een paar minuten voor half negen was besloten we om naar binnen te gaan. De kaart nog in de hand... We hebben hem niet meer gezien.
Toen de medewerkster van onze gastheer in de pauze naar me toe kwam zei ze: ‘Vind je het niet vervelend dat hij helemaal niet is komen opdagen en er met je twintig euro vandoor is?’
‘Helemaal niet, antwoordde ik, het is zijn keuze. Het leven betaalt de prijs die je vraagt. Hij had èn het eten èn het slapen èn een prachtige voorstelling kunnen krijgen. Het was allemaal binnen bereik. Ieder mens mag zijn of haar eigen keuzes maken en dit was de zijne.’


Auteur: Jan Machiela | 2009

Reacties